Wij - Mart-Jan & Foppe - zijn gepassioneerd over Jezus. We volgen Hem. Discipelschap is voor ons een werkwoord en wij willen jou graag inspireren. Meenemen. Verhalen vertellen. Prikkelen en handvatten geven. Wat we je voorhouden willen we zelf ook leven - dat is ons verlangen. Zullen we eerst maar eens even kennismaken?
In de volgende interviews gaan we met elkaar in gesprek en laten we iets van ons hart zien. Hoe we zelf Jezus volgen. Gewoon - als Mart-Jan & Foppe. Hoe geven we discipelschap handen en voeten? Hoe ‘laden’ we discipelschap? Wat is de kern? Ingekleurd met persoonlijke verhalen en ervaringen.
Geniet, en laat je meenemen.
Luister naar het verhaal als POD cast 🎙️
Interview met Mart-Jan van der Maas
Foppe: Laten we maar met de deur in huis vallen. Mart-Jan, wat is een discipel?
Mart-Jan: Als je het heel letterlijk neemt is een discipel ‘een leerling of een volgeling van iets of iemand anders’.
Om dat met een voorbeeld te verduidelijken: ik heb een tijdje bij een gitaarbouwer gewerkt: hij was de meester-gitaarbouwer en ik was de leerling-gitaarbouwer. Ik ging naar hem toe met al mijn vragen en hij zei dan wat ik moest doen. Ik leerde van hem het vak.
Als we het over Jezus hebben en over het Hem willen volgen dan is dat eigenlijk precies hetzelfde. We nemen Jezus als ons voorbeeld, we willen Hem volgen. We willen voor Hem gaan. We willen op Hem lijken. Dat is eigenlijk wat het is: Zijn leerling (discipel) zijn.
Foppe: Dus in plaats van gitaarbouwen is het vak nu leven…?
Mart-Jan: Ja zo zou je het wel kunnen zeggen: leven met Hem. Leven met Jezus. Leven op de manier zoals God het heeft bedoeld.
Foppe: En ben jij zelf een discipel?
Mart-Jan: Ja zeker. Maar hoor daarin een nederige ondertoon. Het is écht mijn verlangen en daar strek ik me naar uit. Ik wil Hem volgen. Ik wil Hem als mijn ijkpunt hebben. Hij is mijn Meester.
Foppe: Dus dat is dan ook jouw definitie? Als je zegt: “Ik wil Jezus volgen”, dán ben je een discipel?
Mart-Jan: Ja, dat denk ik wel. Want als ik het omdraai en bijvoorbeeld zeg: “Ik ben een discipel, want ik heb er een aantal boeken over gelezen of er een aantal preken over gehoord” - dan voel je gelijk al aan: dat maakt niet het verschil.
Ik kan nog zoveel boeken over gitaar bouwen lezen maar uiteindelijk moet ik mijn eigen handen op de schaaf leggen en het zelf gaan doen. Het gaat er écht om dat je het zelf leeft. Zelf doet. Je ernaar uitstrekt.
Foppe: Dus discipelschap is praktisch, handen-uit-de-mouwen; bezig gaan, keuzes maken. Niet alleen kennis maar juist praktijk?
Mart-Jan: Ja! Je zou het ook een ‘levensstijl’ kunnen noemen. Een manier van leven, leven zoals de Meester zelf ook leefde.
Foppe: En wat heb je ervoor nodig om een goede discipel te zijn?
Mart-Jan: Het allerbelangrijkste dat je nodig hebt is het voorbeeld. Dus de leraar zelf. Je kunt niet een discipel (volgeling) zijn zonder een leraar (het voorbeeld dat je volgt). Dat voorbeeld is Jezus zelf. Die eigen relatie van jou als discipel met de Meester is fundamenteel en essentieel. Zonder dat weet ik niet goed waar je discipel van bent, hoogstens van jezelf. Je hebt altijd dat ijkpunt nodig. De Meester zelf waar je steeds naartoe kunt gaan. Daar begint het ook: erkennen “ik heb U nodig”. Dat mag je bekering noemen, maar daarna gaat dat door. Ik heb U niet alleen nodig voor nu (of voor het verleden), maar ik wil U ook nu volgen - elke dag. Ik laat mijn oude leven achter me en ik ga achter U aanlopen. Ik heb U ook vandaag als ijkpunt nodig. Ik keer me opnieuw naar U toe.
Dat zie je bij de discipelen ook op een prachtige manier terug. Als Jezus roept laten ze hun oude leven achter zich en gaan ze Hem volgen. Dus als eerste heb je het voorbeeld - Jezus zelf - nodig.
Het andere dat je nodig hebt is ‘elkaar’. Je maakt zelf de keuze dat je Jezus wilt volgen - ik wil achter Hem aangaan - maar dat doe je niet alleen. In dat proces heb je elkaar nodig. Om elkaar ‘on track’ te houden, om elkaar ‘accountable’ te houden. De Bijbel heeft het erover dat we lichaam van Christus zijn en dat we aan elkaar gegeven zijn om elkaar aan te vullen en compleet te maken. Ik ben verre van compleet. Jij bent verre van compleet, maar samen kunnen we elkaar aanvullen en juist dát laten zien wat ik zelf niet zie. Of kan ik de ander helpen te zien wat de ander niet ziet. In het volgen van Jezus hebben we elkaar als ‘lichaam van Christus’ nodig.
Foppe: Dit klinkt misschien een beetje verwarrend. Dit lijkt erop alsof Jezus een soort van goeroe is die je moet volgen. Maar Jezus is toch je redder? Hoe heeft dat met elkaar te maken?
Mart-Jan: Net als een munt of medaille twee kanten heeft staan deze niet los van elkaar. Jezus is niet je redder zonder dat Hij je Heer is.
Foppe: Ah, twee aparte dingen die met elkaar te maken hebben.
Mart-Jan: Ja, en het helpt wel om die twee woorden even naast elkaar te zetten.
Jezus nodigt je uit. Je mag komen zoals je bent. Hij staat op je te wachten. En dat is allemaal helemaal waar. Het is het beeld van Jezus die jou wil verlossen en daar is alles voor klaargemaakt. Maar dat is maar één kant van de medaille.
Want Hij zegt: “Ik wil dat je bij Me komt zoals je bent”, en tegelijkertijd: “Ik wil niet dat je blijft zoals je bent. Ik wil je mee op sleeptouw nemen, ik wil een veranderingsproces met je ingaan, Ik wil je dingen leren, Ik wil je Meester zijn. Sterker nog, Ik wil je inzetten voor Mijn missie, voor de dingen die Ik in petto heb, voor deze wereld, en voor de mensen om je heen.”
Dus, ja m’n redder, maar ook m’n Heer.
De uitnodiging maar ook de uitdaging.
Die horen altijd bij elkaar.
Foppe: Dus essentieel voor discipelschap is het contact met de Heer Jezus zelf - Redder en Heer. Maar ook dat je dat met elkaar doet, met de mensen om je heen.
Hoe is dat voor jou dan? Hoe doe je dat? Heb jij daarin voorbeelden gehad?
Kun je een voorbeeld geven uit je eigen leven?
Mart-Jan: Toen ik een tiener was en worstelde met allerhande geloofsvragen had ik een vriend die bij mij in de buurt woonde. Je zou hem een oudere broer kunnen noemen al was hij niet m’n biologische broer. Maar iemand die met me optrok en tijd voor me wilde maken. Niet dat hij alles wist en alle antwoorden had maar dat hoefde ook niet. Hij luisterde naar de dingen waar ik mee zat en zocht met mij naar een antwoord. En als hij het antwoord niet wist nam hij me mee naar iemand anders en zochten we op die manier naar het antwoord. Het was iemand die naast mij liep, met mij opliep en die me hielp het leven te leven op Jezus’ manier.
Foppe: Kun je dat concreter maken? Kun je een situatie of een voorbeeld geven?
Mart-Jan: Zeker, er is bijvoorbeeld een situatie in mijn leven waar mijn ouders uit elkaar gingen en waar we als gezin te maken kregen met een echtscheiding. Ik ben de oudste van de kinderen en je kunt je misschien wel iets voorstellen hoe lastig dat was. Hoe werkt dit? Hoe doe je dit?
Bart - want zo heette hij - stond daarin naast me. Hij hielp me. Hij had lang niet alle antwoorden, maar dat hoefde ook helemaal niet. Hij ‘was’ er vooral. Zo van: “Ik weet het ook niet precies, maar mag ik voor je bidden? Ik blijf naast je staan in de dingen die mooi zijn en goed gaan, maar ook in de dingen die nu hartstikke lastig zijn.” Op die manier samen oplopen (samen discipel zijn) is niet alleen antwoorden vinden maar er juist zijn.
Foppe: En uit jouw voorbeeld begrijp ik dus eigenlijk dat Bart jou hielp om terug te gaan naar die eerste ‘essential’ - het contact met Jezus zelf. En daarom heb je elkaar nodig?
Mart-Jan: Ja dat denk ik wel, omdat we allemaal de neiging hebben om naar onszelf terug te gaan. Onze eigen ideeën, m’n eigen ego, “ik-denk-wel-dat-ik-het-zelf-kan-messias-syndroom.” Maar dat was het natuurlijk juist net niet. Daarin kunnen we elkaar dus helpen en aanspreken.
En ook dat we elkaar accountable houden. Van een heleboel dingen weet ik wel dat ik ze eigenlijk moet doen, maar heb ik anderen om me heen nodig die me daarop bevragen. Die zeggen: “Hey Mart-Jan hoe is het afgelopen week gegaan?” Denk aan je kinderen, of je gezin, of je werk - of …vul de situaties maar in. We hebben elkaar nodig om daarin scherp te blijven.
Foppe: Check! En deze serie neemt ons dus mee op een reis langs verhalen van mensen die als het ware die wandeling maken en gemaakt hebben en dat wij daardoor ook iets kunnen ontdekken?
Mart-Jan: Ja!
Foppe: En wat is dan daarin jouw hoop? Wat is je wens dat er gaat gebeuren?
Mart-Jan: Mijn hoop, wens én droom is echt dat we door de verhalen die we horen geïnspireerd raken - vol raken - en denken: “Wow, wat is het gaaf wat Jezus met Zijn discipelen doet.” Wat is het tof wat daar gebeurt. Ik merk zelf dat als ik getuigenissen hoor, of als mensen hun levensverhaal met me delen, dat ik dat ook vaak denk. Ik ervaar dat en ik hoop dat de lezer dat door deze verhalen heen ook ervaart.
Dit is doorleefd. Dit is echt - een soort van een ruwe diamant.
Het hoeft niet helemaal mooi, af en gepolijst te zijn. Maar wel écht.
Deze verhalen zijn echt gebeurd, dit is wat Jezus heeft gedaan.
Dus dat het inspireert.
En tegelijkertijd dat het je ook aanzet. Zo van, als Jezus dit met hem of haar deed wat is dan Zijn plan voor mij? Dat je je afvraagt hoe je daar zelf op mag reageren. Dat het iets in je losmaakt van: “Hey, dit wil ik ook.” Een proefmonster - een ‘taster’ - “Ik wil hier meer van zien, meer van leren.”
Foppe: Mooi! Nieuwsgierig maken dus.
Mart-Jan: Absoluut!